Oorsprong en kenmerken

300px-Giambologna_raptodasabina
De barokke stijl kwam voort uit de renaissancebeeldhouwkunst, die, voortbouwend op de klassieke Griekse en Romeinse beeldhouwkunst, de menselijke vorm had geïdealiseerd. Dit werd gewijzigd door het maniërisme, toen kunstenaars ernaar streefden hun werken een unieke en persoonlijke stijl te geven. Het maniërisme introduceerde het idee van sculpturen met sterke contrasten; jeugd en leeftijd, schoonheid en lelijkheid, mannen en vrouwen. Het maniërisme introduceerde ook de figura serpentina, die een belangrijk kenmerk werd van de barokke beeldhouwkunst. Dit was de opstelling van figuren of groepen figuren in een oplopende spiraal, die lichtheid en beweging aan het werk gaf.[6]

Michelangelo had serpentijnfiguren geïntroduceerd in The Dying Slave (1513–1516) en Genius Victorious (1520–1525), maar deze werken waren bedoeld om vanuit één gezichtspunt te worden bekeken. In het laat 16e-eeuwse werk van de Italiaanse beeldhouwer Giambologna, The Rape of the Sabine Women (1581–1583). introduceerde een nieuw element; Dit werk was bedoeld om niet vanuit één, maar vanuit verschillende gezichtspunten te worden bekeken, en veranderde afhankelijk van het gezichtspunt. Dit werd een veel voorkomend kenmerk in de barokke beeldhouwkunst. Het werk van Giambologna had een sterke invloed op de meesters uit de barok, met name Bernini.

Een andere belangrijke invloed die tot de barokstijl leidde, was de katholieke kerk, die artistieke wapens zocht in de strijd tegen de opkomst van het protestantisme. Het Concilie van Trente (1545-1563) gaf de paus grotere bevoegdheden om de artistieke creatie te sturen, en sprak een sterke afkeuring uit over de doctrines van het humanisme, die tijdens de Renaissance centraal stonden in de kunsten. Tijdens het pontificaat van Paulus V (1605–1621) begon de kerk artistieke doctrines te ontwikkelen om de Reformatie tegen te gaan, en gaf ze nieuwe kunstenaars de opdracht om deze uit te voeren.


Posttijd: 06-aug-2022